persoonlijker wordt het niet

De paniekstoornis, mijn trouwe metgezel

Ik was een jaar of 10, toen mij voor het eerst een gevoel overkwam dat ik de 35 daaropvolgende jaren niet in woorden kon uitdrukken. Het duurde net zo lang voor iemand er een naam op plakte. 

Heel mijn jeugd stond in het teken van deze vreselijke stoornis. Ik stond er bijna elke dag mee op. Mijn ogen gingen open en het was er, geen fractie van een seconde later en dus zonder voorafgaand piekeren. Het bijhorend gevoel hield uren en uren aan, ebde in de late namiddag pas weg, waarna ik weer kon eten en drinken. Ik raakte eraan gewoon, mijn omgeving raakte eraan gewoon. Onderweg naar school had ik plekjes waar ik met mijn fiets kon stoppen om te braken. En kon ik het tijdens de les echt niet trekken dan mocht ik ongehinderd weer vertrekken. Mijn mama stond na een tijdje niet meer op als ze om 5u ’s ochtends gestommel hoorde want ze wist dat ze niks kon doen en dat ik niet dood ging. 

Het betekende dat er heel veel fijne dingen aan mij voorbij gingen, zoals eerste dates, uitstapjes met school, vakanties en wedstrijden. Ik vraag me nog steeds af hoe ik de examens overleefde. 

Pas rond mijn 20ste volgden de paniekvrije dagen zich vaker op en mijn 2de baan hoefde ik niet brakend op het toilet te starten. Mijn 20-iger jaren waren een opluchting, ik dacht dat ik gewonnen had van wat het ook was dat mij 10 jaar lang zo mijn leven tot een hel gemaakt had. Maar goed dat ik niet wist wat het nog voor mij in petto had…

BW_bank
Stoel4-3

Op mijn 37ste kreeg ik mijn eerste kind, zonder ruggeprik en vol vertrouwen. De dag erna stortte mijn wereld in want daar was de metgezel uit mijn tienertijd terug. En ik wist … dit gaat niet meer weg. En ik wist … zo kan ik geen baby verzorgen. En ik wist … nu gaat mijn gezin de hel in. 

Toen begon een episode die nu nog steeds loopt. Van “ik ga dit zelf kunnen” tot logeerpartijen bij mijn moeder en uiteindelijk antidepressiva. “Liever een moeder die elke dag een pilletje neemt dat eentje die uitblinkt in afwezigheid”, was mijn motto. Sindsdien wordt elke beslissing die ik neem, elke impactvolle stap die ons gezin zet en elke relationele uitdaging opgevuld, gekleurd, verpest en verkloot door de stoornis, die er altijd weer bij is. 

In mei ’23 besloot mijn 7 jaar jongere zusje haar leven te beëindigen omwille van min of meer dezelfde problematiek. En hoewel ze mij ooit opgedragen had een mooie rede voor haar te houden tijdens haar afscheid, voelde ik instinctief dat ik dat aan anderen moest overlaten en zelf iets moest zeggen over wat haar leven zo beheerst en haar uiteindelijk tot wanhoop gedreven had. Achteraf hebben aanwezigen mij benaderd en mij gevraagd om de tekst met hun te delen, omdat het hun veel duidelijkheid had gegeven en ze het zelf wilden gebruiken om aan anderen uit te leggen hoe leven met een paniekstoornis is. Wil jij die tekst ook graag hebben, contacteer me dan even via de contactbutton. 

In mijn blog zal mijn metgezel regelmatig tevoorschijn komen. 

After all … it’s here to stay.